Na een
heuse brainstorm kwamen de volgende ideeën naar voren;
Toon en
Willem met de stange en de kanarie.
In Lichtenvoorde duurt de corso lang, in Groenlo het vogelschieten.
Ons millieu.
Besloten werd om op het laatste idee verder te borduren en tijdens het gesprek dat
volgde kwam al gauw Greenpeace aan de orde omdat deze mensen op dat moment veel
in de verschillende media verschenen en Jan Blankenborg hier sinds kort lid van
was geworden. Met Leon's voorstel om de "Sirius" na te bouwen konden
alle heren van de technische commissie instemmen en was het idee voor de derde
corsowagen van de DVK geboren.
Idee van:
Jan en Leon
Ontwerp van:
André Gelinck door middel van een maquette (ofwel
een driedimensionaal model in het klein bestaande uit de onderzijde van de
boot, een blokje en een pijpje) en verder is er gebouwd aan de hand van
brochures die bij Greenpeace Nederland werden opgevraagd.
Omdat de
wagenbouw inmiddels een belangrijk deel van de DVK-activiteiten was geworden
kreeg de technische commissie een naam en wel A.D.G.G.G.M.G., een afkorting die
staat voor "As dat good geet, geet meer good". Deze groep bestond uit
de leden André, Jopie, Jabla en natuurlijk Nebs die inmiddels al een volledig
plan had uitgewerkt voor de nieuwe wagen bestaande uit een oud hollands
tafereel. Een klomp met daarop een molen met draaiende wieken en daarvoor een
boerin in klederdracht, maar dit idee werd onmiddelijk terzijde geschoven door
de overige leden. André bouwde een maquette van de Sirius dat niet meer
voorstelde als de onderzijde van de boot met daarop een blokje en een pijpje.
De rest zou gebouwd worden aan de hand van kleurrijke brochures die inmiddels
door Greenpeace Nederland waren opgestuurd.
Bij de bouwavonden speelde de WK-voetbal een belangrijke rol, er moest zelfs een
televisie met antenne geregeld worden om nog mensen voor de bouw bij elkaar te
krijgen. Maar de gezelligheid was er zeker niet minder om zodat ook Annie en
Gerrit Gelinck menig uurtje bij de DVK doorbrachten.
Als
er onderdelen gehaald moesten worden was Bonzo meestal van de partij en de auto
van Jopie vaak het slachtoffer. Om de aanhangwagen aan te koppelen reed Bonzo
met enorme snelheid achteruit maar trapte vervolgens naast de rem. Met een
grote knal boorde de trekbek van de aanhangwagen zich in de kofferruimte van
Jopie's auto. Omdat de auto inmiddels toch beschadigd was kon deze ook wel voor
het onderstel van de wagen om er een proefrit mee te maken. Nebs zou op dit,
nog kale, onderstel plaatsnemen om in de bochten de eigengemaakte
stuurinrichting te controleren. Na een rondje over De Bempte werd de snelheid
langzaam opgevoerd naar bijna 80 km per uur terwijl Nebs schreeuwde als een bezetene
omdat hij vrijwel geen mogelijkheden had om zich vast te houden. Jopie vond het
prachtig en hoe harder Nebs begon te schreeuwen hoe harder hij begon te rijden.
Een hechte vriendschap was daarmee over. In een poging tot verbroedering werden
de twee pinguins op de wagen met een dikke zwarte stift benoemd tot Leon en
Nebs.
Tijdens de bouw begonnen de problemen zich steeds meer op te stapelen. Een verwoede
discussie barstte los over het feit of de radar op een boot nu links- of
rechtsom moest draaien. Na enige tijd was iedereen het erover eens, behalve
Nebs natuurlijk. Ook wilde het purschuim dat in de opblaasboot was gespoten
maar niet uitharden. Bonzo verwijderde vervolgens op proffesionele wijze met de
blote hand de pur weer uit de boot. Toen de hand echter weer met de buitenlucht
in aanraking kwam werd de pur onmiddelijk hard, dus de boot was leeg maar zijn
handen en armen zaten helemaal vol. Ook tot bloedens toe schillen met een
stanleymes bracht geen verbetering meer.
Inmiddels was Jabla uren druk geweest drie verschillende lettertypes te vervaardigen op
A4 formaat, echter niet wetende dat de letters al gewoon met de stift op de
boot waren aangebracht.
Zeer kort voor de corso bleek echter de stuurinrichting niet te voldoen zodat zelfs op
zondag (sorry, meneer pastoor) werd gebouwd om het euvel te verhelpen. Zelfs
Jabla nam de slijptol ter hand, waarschijnlijk voor het eerst en voor het
laatst in zijn leven.
Geheel in tegenstelling tot een eerder voornemen van de DVK werd het trekkende voertuig
(grasmachine) aan het oog onttrokken door een opbouw in de vorm van een
walvis... of was het nu toch een olifant ? In ieder gaval moest het beest al
jaren dood zijn geweest getuige de witte schimmelvlekken als gevolg van het
bloementekort. Het uitrekenen van de bloemen dat traditiegetrouw op de zaterdagmiddag
en avond geschiedde was erg vermoeiend.
De plakdag was lang en zwaar. De dames hebben uren bloemblaadjes op rietjes geplakt die
voor de reling van de boot nodig waren en omdat zij daardoor geen bloemen in
konden lijmen werd er door Willem Zieverink een (defecte) lijmspuit geregeld.
Voor sommigen was niet alleen de plakdag maar ook het corso zwaar. André die in de
walvis zat moest door middel van aanwijzigen via walki-talki's de wagen
besturen. Op de markt echter vielen deze al uit omdat ze waarschijnlijk op de
zelfde frequentie stonden afgesteld als die van de aanwezige politie. Als
gevolg hiervan en van het slechte uitlaatsysteem kwam André na de corso geheel
nat bezweet en zwart van het roet uit de walvis strompelen.
Op de feestavond, 29 oktober bij De Lange Gang, werd men met een bezoek van de
politie vereerd in verband met de verplichte sluitingstijd die reeds enkele
uren was verstreken. Het duurde echter niet lang of de agenten dronken gezellig
een biertje mee.